Waarom en wanneer gebruik je ventilatielatten?

Ventilatielatten zijn misschien niet het eerste waar je aan denkt bij het isoleren of aftimmeren van een woning, maar ze zijn wél onmisbaar in veel situaties. Ze zorgen ervoor dat lucht kan circuleren en dat is belangrijker dan je denkt. We leggen je hier uit wat ventilatielatten zijn, waarom en wanneer je ze gebruikt en hoe je ze toepast.

Ventilatielatten zijn houten latten die je op regelmatige afstand aanbrengt achter gevelbekleding, dakbedekking of isolatiemateriaal. De ruimte die zo ontstaat, noemen we een ventilatiespouw. Die zorgt ervoor dat lucht vrij kan bewegen, wat vochtproblemen helpt voorkomen. Je vindt ze vaak achter gevelplaten, houten wandbekleding of op daken. De latten kunnen horizontaal of verticaal worden geplaatst, afhankelijk van de toepassing.

De belangrijkste reden om ventilatielatten te gebruiken is om condens- en vochtproblemen te voorkomen. Een constructie zonder ventilatie kan gaan schimmelen of rotten en dat wil je natuurlijk voorkomen. Ventilatielatten zorgen voor luchtstroming, waardoor:

• Vochtige lucht kan ontsnappen.
• Bouwvocht na een renovatie sneller opdroogt.
• Warmte zich minder ophoopt in de zomer.
• Houtconstructies langer meegaan.

Kortom: ventilatie zorgt voor een gezondere, duurzamere constructie.

Ventilatielatten plaats je op een vlakke ondergrond, bijvoorbeeld op een houten regelwerk of rechtstreeks op de muur of dakconstructie. Belangrijk is dat er een open luchtspouw ontstaat tussen de ondergrond en het materiaal dat je erop bevestigt, zoals gevelbekleding of dakplaten.

Belangrijke tips bij het plaatsen:

• Zorg dat de lucht van onder naar boven kan stromen (natuurlijke trek).
• Laat aan de onder- en bovenkant van de constructie ventilatieopeningen vrij.
• Werk met roosters of gaas tegen insecten of vogels.
• Gebruik roestvrijstalen schroeven voor een lange levensduur.

De dikte van ventilatielatten bepaalt hoeveel ruimte er is voor luchtcirculatie. In de praktijk wordt vaak gekozen voor een dikte tussen de 18 en 28 mm. Dit is voldoende voor een goede luchtstroom, zonder dat de constructie onnodig dik wordt. Voor gevels is 22 mm een gangbare maat. Bij dakconstructies kun je afhankelijk van het systeem en het isolatiemateriaal ook kiezen voor dikkere latten.

Ventilatielatten gebruik je vooral:

• Achter houten gevelbekleding.
• Onder dakbeschot of dakplaten.
• Bij het isoleren van binnenuit, tegen dampdichte constructies.
• In houtskeletbouw.
• Bij dampopen folie waarbij luchtdoorstroming nodig is.

Ook bij isoleren van een schuin dak met harde platen (zoals PIR) is een ventilatiespouw met latten aan te raden. Zeker wanneer er geen dampopen folie wordt gebruikt.

Het belangrijkste doel van ventilatielatten is dus het bevorderen van ventilatie en droogte in je constructie. Dat voorkomt niet alleen technische problemen zoals houtrot of schimmel, maar draagt ook bij aan een comfortabel en gezond binnenklimaat.

Ze vormen een klein onderdeel van de opbouw, maar hebben een groot effect op de levensduur en werking van het hele systeem. Dus of je nu een gevel gaat aftimmeren, een dak gaat isoleren of een wand dampdicht maakt: vergeet de ventilatielatten niet.